(Kroatie) Dubrovnik, Trstenik, Vela Luka, Sibenik, Zadar, Mali Losinje, Cres, Marcana, Porec, (Italie) Trieste, Latisana, Venetie, Montegrotte, Sirmione
totaal 14.933km
In deze blog ga ik verslag doen van de afgelopen 3 weken.
Dubrovnik, waar ik op 11 april was, lijkt een eeuwigheid geleden, net als alles wat er ligt tussen daar en het Gardameer, waar ik nu ben. En dat terwijl Tilburg, en de 3 fietsweken die tussen hier en thuis liggen, aanvoelen alsof ze over 3 dagen al achter de rug zullen zijn. Wat dat precies wil zeggen over het mentale punt waar ik op dit moment in mijn reis op ben aanbeland, lijkt me ‘voer voor psychologen’, maar wat ik jullie kan verklappen, is dat het lastig is om te focussen op de afgelopen weken, omdat ik in de gedachten zo bezig ben met de komende.. Deze blog zal dus een weerspiegeling worden van de warboel die de folder ‘Kroatie en Italie’ in mijn hoofd nu ook is.
Na een dagje rust en de toerist uithangen in Dubrovnik, stapten we de fiets op om via een schiereiland koers te zetten naar ons eerste eiland ‘Korcula’. Alleen al het schiereiland op fiets was een verademing wat verkeersdrukte betrof. De kustweg van Kroatie zal ongetwijfeld mooie uitzichten met zich meebrengen, maar dan moet je natuurlijk wel de mogelijkheid hebben even van de weg op te kijken. We waren gewaarschuwd dat deze weg een grote drukte zou zijn en hadden zodoende besloten om via de eilanden te gaan. In deze tijd van het jaar zijn die WEL al zonnig maar OOK nog heerlijk rustig.
Voor de wijnliefhebber moeten deze eilanden een paradijs zijn, want overal waren wijngaarden en proeverijen. Ikzelf word daar niet koud of warm van, maar waar ik wel warm van werd was de heerlijk felle zon die deze dagen scheen. Ik kon ik korte broek en hemd en we ’s avonds kampeerden onder de blote hemel, zonder naar een dak te hoeven zoeken om droog te kunnen koken. Heerlijk!
Vlakbij Sibenik, bezochten we een dorp waar een unieke knofloofvariant word verbouwd. Helaas was het geen oogsttijd, maar we kregen wel uitgebreid uitleg van een boer die toevallig op zijn land bezig was en enkele jonge kloflookjes mee om rauw te eten bij de boterham.
Via het eiland Cres staken we over naar Istrie, waar we in Marcana voor een nachtje een appartementje huurden en genoten van de eerste douche sinds Dubrovnik (precies een week daarvoor). Voor iedereen die het nog nooit heeft ervaren…probeer het eens! Gewoon een week niet douchen. Gewoon gaan sporten, werken, wandelen en fietsen. Ik kan je vertellen, je hebt nog nooit ZO heerlijk gedoucht als na die week! (oke, oksels en gezicht wassen mag..)
Wat wij die dag niet konden weten was, dat we de volgende dag in Porec op straat zouden worden aangesproken door een Kroaat die precies die dag aan het dromen was geweest om misschien zelf een grote fietsreis te gaan maken. Wij wilden het die dag vroeg voor gezien houden en met een schamele 58km op de teller een kampeerplekje zoeken aan de rand van het stadje. Maar deze Kroaat was laaiend enthousiast om ons te ontmoeten en hij en nodigde ons direct uit om de nacht in zijn huis door te brengen. En zo offerde hij zijn bed aan ons op, om zelf die nacht op de bank verder te dromen over zijn toekomstige fietsreis (die die middag ineens een stukje realistischer geworden leek).
En wij WEER douchen dus!
Wonder boven wonder overkwam ons de volgende dag in Trieste vrijwel hetzelfde. Inmiddels waren we de (voor Alessandro) magische Italiaanse grens gepasseerd. Maar ook in deze stad werden we door een Kroaat thuis uitgenodigd om zelfs twee nachten te slapen, douchen en een welverdiend dagje rust te houden.
ITALIE dus…
Ineens was de straat een stukje gekleurder. Niet alleen rasechte Italianen, maar voor het eerst waren er ook weer Afrikanen en Aziaten in het straatbeeld. Het valt je pas goed op als je dat een hele tijd niet gezien hebt, die mengeling van rassen. Ineens dook er hier en daar een gezicht op dat ik huis dacht te kunnen brengen in Indonesie, Turkije, China, Servie of Maleisie. Een ’thuisland’ waar ik pas nog op de fiets zat..
Van Trieste was het nog maar een balscheut naar Venetie, waar ik twee dagen later met een zenuwachtige Alessandro de brug over fietste. Aan de andere kant van die brug stond een groep fietsvrienden hem op te wachten om hem de laatste 50km naar huis te vergezellen. Misschien maar goed ook dat hij voor die laatste 50km gezelschap had, want hij was stiknerveus, en thuis stond hem nog een veel grotere ontvangst te wachten met vrienden, volgers en fotografen.
Na precies 1 jaar op de fiets volbracht hij zijn tocht van Shanghai naar HUIS.
Anderhalve maand samen op de fiets, met iemand die je slecht eenmaal eerder, 5 minuten, hebt ontmoet, is niet niks. 24/7 hebben we samen doorgebracht. Veel rustdagen hebben we niet gehouden, en zelfs die brachten we vrijwel geheel samen door. We hebben wat afgediscussieerd, -gelachen, -geslapen, -gefietst, -geruzied en -gezwegen. We konden net zo goed samen door een deur als we elkaar er even later wel weer doorheen konden rammen. Ik kan niet anders zeggen dan dat het een heel bijzondere ervaring was om zo’n lange tijd, zo intens, met een bondgenoot door te brengen.
Ik nam een dagje vrijaf in het toeristische Venetie, om hem de volgende dag op te zoeken thuis in Montegrotto. Een fietsdag en kort tussenstopje in Verona verder, zijn we nu in Sirmione (bij zijn moeder) aan het Gardameer aanbeland vanaf waar ik morgen dan toch echt mijn weg alleen ga vervolgen.
Nog 3 weken te gaan..
Ik mag de Alpen nog over, Zwitserland bekijken, Frankrijk verkennen, even Belgie proeven, en dan is daar Tilburg.
Het voelt alsof het nu echt gaat beginnen, het ‘naar huis fietsen’. Ik ben al een beetje op bekend terrein, ik ben 8 jaar geleden al eens naar Italie gefietst. En over 3 dagen ben ik echt voor even terug op de weg die ik al eens de andere richting op heb gefietst, als ik vanaf Domodossola via de Simplonpass de Alpen over ga naar Brig (in Zwitserland) en koers zet richting Bern.
De komende weken zullen dan misschien ook een achtbaan worden meer aangestuurd door de inwendige dan door de uitwendige prikkels.
Ik merk al hoe vanalles wat er met ‘het westen’ komt, me uit mijn doen, of zelfs in de war, brengt. ALLES is weer te koop, en niet alleen, nee, ‘alles’ in-50-verschillende-varianten. De overvloed overspoeld me. Het is alweer twee maanden geleden dat ik vanuit Azie naar Europa kwam. Maar ook in de Balkan is op een enkele winkelstraat of ‘mall’ in de hoofdsteden na, het beeld van welvaart ver te zoeken. Mensen zijn niet bezig met ‘uiterlijk’, ‘kopen’ en ‘meer meer meer’. Maar hebben een des te grotere glimlach op hun gezicht als je in een mengeling van Russisch, Duits en een half woord in hun eigen taal een brood en twee tomaten besteld. Hier voelt het alsof het iedereen een worst zal wezen dat ik ze niet versta en wordt zonder een woord de monitor van de kassa naar me toe gedraait om aan te geven wat er afgerekend moet worden. Voor eeen glimlach of praatje is geen tijd, want er staan er meer te wachten, met voor heel wat meer op de lopende band dan dat brood en die twee tomaten van mij.
Het is moeilijk te verwoorden wat dat met me doet. De wortels die ik in Nederland heb gegroeid heb ik toen ik mijn straat uit trapte al los gerukt en nu ik langzaam teruggeraak op bekende grond, lijken die wortels wat uitgedroogd en verschrompeld te zijn en weinig houvast te willen geven.
Ik word van links naar rechts geblazen zo gauw ik in een stad en de daarbijhorende sfeer kom en het kost me moeite om me niet te laten overweldigen en ontmoedigen om verder te trappen deze ‘westerse wereld’ in.
Toch rij ik door, trap voor trap, ZONDER op de feiten vooruit te fietsen.
Met fietstassen vol bagage van de afgelopen 13 maanden om inspiratie en vertrouwen uit te putten en de wetenschap dat ik me toch ook in al die tijd, in de meest uiteenlopende situaties staande heb weten te houden.
Wat zou me dat dan op vertrouwd terrein niet lukken??
Because in the end, you
won’t remember the time
you spent working in the
office or mowing your lawn.
Climb that goddamn
mountain.– Jack Kerouac